Compassie ook mogelijk in tijden van bezui­nigen. Als je maar lef hebt!


Begroting 2025-2028

24 oktober 2024

De Partij voor de Dieren Zaanstad diende vanavond haar tweede tegenbegroting in. Vooruitkijkend op het financiële ravijn van 2026 noemt het college van B&W in zijn begroting al aan welke bezuinigingen gedacht wordt. Bezuinigingen “die ons allemaal raken”, zegt het college. De meeste genoemde maatregelen raken vooral de mensen die de gemeente het hardste nodig hebben. Zo slaat het ravijnjaar het cement uit de samenleving. Maar het kán wel rechtvaardig. In een politiek met lef is compassie altijd mogelijk. Daarom stelde de Partij voor de Dieren voor om maatregelen te nemen die de begroting sowieso eerlijker maken. Met of zonder ravijnjaar.

Het college denkt bijvoorbeeld aan het korten op subsidies voor buurthuizen en het beperken of zelfs stopzetten van activiteiten in de aanpak van armoede, tienerzwangerschappen of WMO. Zelfs een verhoging van parkeertarieven. Daar is de Partij voor de Dieren in principe voorstander van, maar dit is niet eerlijk als je die voor iedereen in dezelfde mate verhoogt en het openbaar vervoer duur en niet voldoende fijnmazig blijft.

De Partij voor de Dieren redeneert bij de begroting niet vanuit het huidige systeem, maar vanuit het model van de Donut. In de Donut blijven de gevolgen van menselijke activiteiten binnen de grenzen van de planeet, én zorgen we ervoor dat er genoeg is voor iedereen op het gebied van onder meer voedsel, gezondheid en toegang tot schoon water. Dat biedt een heel ander perspectief op de te maken keuzes.

Vier rechtvaardige voorstellen om de inkomsten te verhogen

Het eerste voorstel is om grootverbruikers van water (die vaak ook meer vervuiling veroorzaken) meer te laten betalen voor het rioolgebruik. Het gevolg daarvan is dat de rioolheffing voor huishoudens omlaag kan, want huishoudens betalen in Zaanstad eigenlijk te veel en bovendien veel meer dan in andere gemeenten.

Het parkeergeld wil de Partij voor de Dieren ook verhogen, maar dan alleen ‘aan de paal’, waarmee vooral autogebruikers van buiten de gemeente geraakt worden.

Hetzelfde geldt voor toeristen. Die brengen bij ondernemers weliswaar geld in het laatje, maar brengen ook druk op openbare voorzieningen met zich mee, zoals: afval, klimaatverandering en meer onderhoud voor de natuur. Omdat in een eerlijke wereld de vervuiler betaalt, zou het logisch zijn als Zaanstad ook aan dagtoeristen belasting heft. Nieuw is dat niet, Amsterdam doet het ook.

Ook het verhogen van reclamebelasting is eerlijk. Bedrijven verdienen veel geld via reclame in de openbare ruimte: de ruimte die van ons allemaal is. Dat maakt dat burgers steeds meer consument worden, en dingen kopen die ze niet nodig hebben van geld dat ze niet hebben, en die bovendien schadelijk zijn voor het milieu en de volksgezondheid. Partij voor de Dieren ziet reclame het liefst uit de openbare ruimte verdwijnen, maar een verhoging van het tarief is een mooie eerste stap.

Durf ook dingen níet te doen

Bij nieuwe relevante feiten hoort een nieuwe afweging van belangen. Daarbij moet soms ook op eerder gemaakte plannen worden teruggekomen. Dat is geen onbetrouwbaar bestuur, maar juist een zorgvuldig bestuur dat prioriteiten durft te stellen.

Als de gemeente moet kiezen tussen preventie van tienerzwangerschappen of de (niet noodzakelijke verhuizing van een hockeyclub, dan zou dan juist van behoorlijk bestuur getuigen om te kiezen voor de gezondheid, de veiligheid en het welzijn van inwoners. Dezelfde redenatie past de Partij voor de Dieren toe op de schadelijke plannen voor de bereikbaarheid van de Guisweg, de Dam tot Dam-fietsroute en de permanente openstelling van busbrug De Binding.